TEMSE – De gerechtelijke politie heeft dinsdag 14 februari een cannabisplantage opgerold in de Vooruitgangstraat. Speurders troffen in een rijhuis een oogstrijpe wietkweek van zo’n vierhonderd struiken aan. Ter plaatse werd niemand aangehouden.
“In het gebouw wonen twee mensen. Maar het deel waar de plantage zat, stond al lang leeg”
Het was de federale gerechtelijke politie van Leuven die het drugslab op het spoor was gekomen. Agenten vielen vroeg in de ochtend het pand met nummer 24 binnen en troffen er de plantage aan.
“Ons korps verleende alleen maar bijstand tijdens de huiszoeking”, zegt commissaris Katty De Bruyn van de lokale politie Temse-Kruibeke. “Op het moment van de inval was er niemand aanwezig op het adres. Ter plaatse werd er uiteindelijk niemand aangehouden.”
“Een cannabisplantage met een vierhonderdtal potten werd ontmanteld.”
Het ging om een professionele drugskweek die bijna klaar was om geoogst te worden. De plantage zat verstopt achter een valse wand op het gelijkvloers. De politie en het gemeentepersoneel waren heel de dag in de weer met de ontmanteling van de plantage. De kweekinstallatie werd afgebroken en overgeladen in een
container. Alle aanwezige potgrond werd in een andere container gegooid. De wietplanten zelf werden uitgetrokken en vernietigd. Momenteel is het nog onduidelijk wie er schuil ging achter de cannabiskweek. “In het gebouw wonen twee mensen, maar het deel waar de plantage zat stond al lange tijd leeg”, vertelt een buurvrouw.
Niets verdachts
“Ik vroeg me de laatste tijd al af waarom het maar niet verhuurd werd. Zelf heb ik nooit iets verdachts gezien. Ik ben een nachtraaf en ik weet heel wat van wat er hier in de buurt gebeurt. Maar dat er bij de buren een drugskweek verstopt zat, daar schrik ik toch van. Ik heb nooit gezien dat er iemand potgrond naar binnen bracht. Gezien de grote hoeveelheid die er nu naar buiten wordt gehaald, is dat toch opmerkelijk. Ik heb ook nooit een cannabisgeur geroken rond het huis. Het is vreemd dat de mensen die in het pand woonden daar ook niets van gemerkt zouden hebben.”