Restauratie Boelwerfkraan is te duur geworden voor de gemeente
TEMSE – Het gemeentebestuur wil een procedure opstarten voor de declassering van de beschermde Boelwerfkraan. Als de kraan moest verdwijnen zal de skyline van Temse nooit meer zijn zoals ze was.
Oppositieraadslid Bert Bauwelinck (Tesamen) vroeg tijdens de gemeenteraad van maart meer uitleg. “Er zijn prioritaire dossiers die moéten gerealiseerd worden”, reageerde burgemeester Luc De Ryck.
“Als het schepencollege doorgaat met de declassering van de kraan is dat een late scheefgeslagen nagel in het hart van de ex-werknemers”
Bert Bauwelinck (Tesamen)
De kraan werd in 2004 beschermd als monument nadat ze aan de gemeente werd geschonken door de curatoren van de Boelwerf als herinnering aan de scheepswerf die liefst 165 jaar heeft bestaan in Temse. Sinds 2009 is het ook Bouwkundig Industrieel Erfgoed. De geplande restauratie is te duur geworden voor de gemeente, terwijl het nog de enige tastbare herinnering is aan de scheepswerf die de Scheldegemeente groot heeft gemaakt.
Scheefgeslagen nagel
Het restauratiedossier van de enige overgebleven Boelwerf-Cockerill-kraan sleept al jaren aan. Eerst zou de Vlaamse regering 80 procent van de kosten op zich nemen. De provincie en de gemeente elk tien procent. De voorbije jaren werd dat aangepast en zou de gemeente 40 procent van de renovatiekosten moeten ophoesten. In december 2016 wou men het dossier in gang zetten maar werd het van de gemeenteraad gehaald wegens budgettaire redenen.
“De voorbije decennia hebben een aantal architecten een opdracht gekregen om, op kosten van de gemeente, een restauratieproject op poten te zetten voor de kraan”, stelde raadslid Bert Bauwelinck (Tesamen), tijdens de gemeenteraad. “De kost voor de renovatie was ook jaarlijks terug te vinden in de meerjarenbegroting. En nu vernamen wij dat het schepencollege een procedure tot declassering van de Boelwerfkraan, als beschermd monument, gaat opstarten.”
“Het is erg dat het college dit eigenhandig beslist”, opperde Bauwelinck. “Het moet een debat zijn waar heel wat meer mensen aan moeten kunnen deelnemen. Het is een monument dat gemeente-overstijgend is. Op toespraken voor ex-Boelarbeiders zegt de burgemeester steeds dat het faillissement van de Boelwerf een scheefgeslagen nagel was in het hart van de arbeiders. Wel als het schepencollege doorgaat met de declassering van de kraan is dat een late scheefgeslagen nagel in het hart van de ex-werknemers. Wat is de motivatie om deze nieuwe wending in het project te nemen en wat is de procedure zodat het grote publiek zich ook in dit debat kan mengen.”
Nooit eindigende kost
“We leven uiteraard allemaal met dit dossier mee”, antwoordde Luc De Ryck (CD&V). In de bestuursmeerderheid was ik destijds één van de grote verdedigers en initiatiefnemers om het project te ondersteunen. We vonden het toen een schitterend initiatief om een eeuwigdurend monument voor de Zaatmannen van Vlaanderen in het algemeen en Temse in het bijzonder te realiseren. De situatie en beoordeling van het eerste decennium van deze eeuw, is niet te vergelijken met nu.”
“De totale restauratie van de torenkraan wordt geraamd op 1.526.663,66 euro”, schetst de burgemeester. “Het gemeentelijk aandeel, 40 procent, is 769.640 euro. Al eerder betaalden wij aan het architectenbureau 125.000 euro. Dit betekend een raming van het gemeentelijk aandeel van 894.640 euro. Dat is een kleine 36 miljoen oude Belgische franken (= 35.785.600 Bfr.). “Dit evenwel zonder niet te voorziene meer-werken, zonder verloning architectenbureau, tijdens het opvolgen van de werken, en de nooit eindigende kost voor restauratie en onderhoud.”
“Mede gesitueerd binnen de geplande investeringen, is dat bedrag maatschappelijk niet te verantwoorden”,stelt de Ryck “Er zijn immers prioritaire dossiers die moéten gerealiseerd worden, zoals het nieuwe WZC De Reiger, de renovatie van Temse-centrum (de as Pastoor Boelstraat – August Wautersstraat red.), het project Groenpool (in Tielrode) – inclusief de claim die ligt op de Durmetuin ingevolge de omvorming van woonzone tot parkgebied – de uitbreiding van het politiegebouw, de aankoop en de inrichting van de nieuwbouw van de Technische Dienst in de Schoenstraat, de renovatie van het Gemeentemuseum en nog zoveel meer.”
“De officiële procedure is nog niet opgestart, er is nog geen officiële collegebeslissing”, klinkt het. “Er was wel al overleg tussen de fracties van de meerderheid. We hebben de bevoegde Vlaamse minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele (N-VA) naar zijn standpunt gevraagd en naar de procedure. Die procedure zal uiteraard een openbaar onderzoek omvatten: iedereen zal bezwaar kunnen indienen. We wachten nu dus eerst op het antwoord van de minister.”